Ingemaakte rode ui

Klein geluk zit in een potje. Niets geeft zoveel voldoening als een voorraadkast vol huisvlijt. Jam voorop. Emmers vol rijp zomerfruit die transformeren in een trotse rij glinsterende weelde. Een plaatje op de plank, ware het niet dat de voorraad razendsnel afneemt, want ze zijn zo fijn om uit te delen. En ik kan u verzekeren: om mijn potjes jam wordt gevochten.

Kilometers potten
Dat ligt heel anders met chutney. Heel leuk om te maken, met pompoen of tomaten of pruimenen een handvol kruiderij, alleen zijn wij geen chutney-etend volk. Uitdelen is lastig, want de gemiddelde Nederlander heeft geen idee wat ‘ie moet met een potje chutney, dus dat eindigt steevast ongebruikt achterin een kast. Nee, laten we realistisch zijn, chutney is leuker voor de maker dan voor de ontvanger.

Toch wou ik hier een pleidooi houden voor de hartige inmaak. Alleen bedoel ik dan niet op grootmoeders wijze, met kilometers potten vol slappe sperziebonen. Kijk, vroeger was inmaken natuurlijk pure noodzaak. De oogst bewaren voor de lange, kale winter, zodat je weer maanden of zelfs jaren vooruit kon. Dat hoeft tegenwoordig niet meer.

Smaakmakers
Ik wil het hebben over pickles. Geen essentiële bulkvoedingsmiddelen, maar smaakmakers. Die zijn er voor de lol. Voor een extraatje bij een gerecht, iets knapperigs, iets zuurs, iets hartigs. Iets wat de boel optilt. Geen grote gastronomie maar wel klinkklare voldoening. Wat zeg ik? Klein geluk.

Lees verder op www.kokenmetkarin.nl

Geplaatst op 24 november 2020 door KokenmetKarin