In deel 5 van mijn Nederlandse reisserie ben ik Zeeland beland, wat zorgt voor een hoop gemijmer over zeilen en zeeën. Maar wees niet bevreesd, uiteindelijk leidt het tot een heerlijke recept met mosselen op z’n Grieks, met tomaten, paprika en (niet schrikken) feta.
Vriend W., zeebonk in hart en nieren, had een zeilboot geërfd van zijn vader, die geparkeerd lag in Bruinisse. Of hoe noem je zoiets. U ziet het al, ik heb in het geheel geen verstand van zeilen, maar tot mijn grote vreugde mocht ik wel af en toe mee het Grevelingenmeer op. In bakpak op de voorplecht, genietend van zon, wind, uitzicht. Een boek en een glaasje erbij. Dat waren fenomenale weekenden. ’s Avonds mosselen eten in een haventje, waarbij je dan eerst over alle andere zeilboten heen moest klauteren voor je bij de kade was. Of ergens voor anker gaan en zelf lekker koken aan boord. Er was immers een kajuit met heuse kombuis, van een wonderschone compactheid, vol handigheidjes. En nooit sliep ik lekkerder dan toen, in slaap gewiegd door de golven.
Passaat
Diezelfde W. kwam samen met wat zeilvrienden op het idee om een grote boot te huren in het Caribisch gebied. In twee weken zouden we vanaf Martinique gaan zeilen langs allerlei eilanden, en ik mocht mee, als kok. Dat bleek echter totaal andere koek. De stevige noord-oostelijke passaatwind zorgde ervoor dat het schip meteen helemaal scheef hing zodra we de haven uitvoeren. De zeebonken, allemaal ervaren wedstrijdzeilers, waren in hun element, voor mij was het afzien. Vastgeklampt aan de reling zat ik acht uur lang te wachten tot we eindelijk weer bij een volgend eiland kwamen. In regenpak, want ondanks de tropische hitte viel er wel regelmatig een hoosbui.
Lees verder op www.kokenmetkarin.nl
Geplaatst op 07 december 2020 door KokenmetKarin