Om elke dag weer veel energie te kunnen leveren heeft ons lichaam brandstof nodig. We kunnen deze brandstof op verschillende manieren met onze voeding binnen krijgen. Een belangrijke brandstofleverancier zijn de koolhydraten. Ofwel, zetmeel en suikers, want dat is waar koolhydraten uit bestaan. Maar pas op, niet alle suikers zijn voor ons lichaam van belang. En ook hebben we eigenlijk maar een klein beetje suiker nodig om ons lichaam van voldoende energie te kunnen voorzien. Omdat er rondom suiker best wat onduidelijkheden zijn, heb ik in deze blog een aantal feiten over suiker op een rij gezet. Wist jij dit al over suiker?
In Nederland krijgen we per persoon gemiddeld zo’n 80 gram suiker per dag binnen. Terwijl de aanbevolen hoeveelheid, maar 25 gram is. Bij die 25 gram gaat het om suiker die door fabrikanten of door jou wordt toegevoegd en om suikers die van nature aanwezig zijn in zoete producten als honing, siroop en vruchtensappen. De suikers die van nature in fruit en melk aanwezig zijn, vallen buiten die 25 gram. Je zou die 25 gram dus kunnen zien als suikers die afkomstig zijn uit bewerkte producten.
Glucose (suiker) is een stof die circuleert in je bloed (vandaar de naam bloedsuikerspiegel), en die je lichaam nodig heeft voor brandstof voor je cellen. Om aan voldoende suiker te komen, hoef je echt geen kristalsuiker te eten. Door groente, fruit en natuurlijke zetmeelproducten te eten (bv. volkoren brood, rijst, pasta), krijgt je lichaam al voldoende glucose binnen voor de energievoorziening. Ook zorgen dit soort producten voor een meer verzadigd gevoel, waardoor je overeten, en dus een te veel aan suikers, voorkomt.
Om even een beeld te schetsen: 1 portie vruchtenhagelslag bevat 14 gram suiker. Oftewel, bijna 4 theelepels suiker. Eet je ‘s ochtends 1 boterham met vruchtenhagel (dit geldt overigens ook voor veel ander zoet beleg), dan heb je al meer dan de helft van je dagelijkse suikerbehoefte binnen. En dan moet de dag nog beginnen
lees verder:
Geplaatst op 22 februari 2018 door ilovehealth